Leibomen planten

Soorten leibomen

Er zijn verschillende soorten die als leiboom geplant kunnen worden. De leilinde is de meest voorkomende leiboom.

• Koningslinde (Tilia vulgaris ‘Pallida’)
• Hollandse linde (Tillia europea)
• Amrikaanse linde (Tillia Americana)
• Appel (Malus domestica)
• Amberboom (Liquidambar styraciflua)
• Haagbeuk (Carpinus betulus)
• Moeraseik (Quercus palustris)

Laat je ver-lei-den! Ben je al uitgekeken op het zachte lindegroen? Kwekers kweken tegenwoordig ook roodbladige leibomen.

• Rode beuk (Fagus sylvatica ‘Atropunicea’)
• Roodbladige sierkers (Prunus ceracifera)
• Plataan (Platanus acerifolia)

Leilinde

Een linde heeft prachtig hartvormig blad, de bloesem ruik je al op meters afstand. Dit bracht mensen op het idee dat een linde symbool is voor de liefde tussen man en vrouw. Plant je een linde bij je huis, dan zal hij je huis beschermen. Als de horizontale leilinde takken elkaar bijna raken, kun je ze telkens afsnoeien. Je kunt ze ook aan elkaar laten groeien, om de symboliek te versterken.

Leiboom planten

Een leiboom plant je als elke andere boom. Plant je meerdere leibomen op een rij, volg dan onderstaand stappenplan. Houd verder de stappen bij boom planten aan.

1. Span een lijn waarlangs je je leibomen plant.
2. Reken met een tussenruimte van minimaal 2,50 meter.
3. Meet de plek waar de bomen moeten komen goed uit, verdeel de bomen over de ruimte, op tien meter komen drie bomen goed tot hun recht.
4. Verbind de horizontale takken onderling met stevige lange bamboestokken. Er bestaan ook speciale leilinderekken. Door jonge bomen hier tegen te planten een aan te binden, krijg je snel een dichte wand.

Leibomen verbinden

Om leibomen met elkaar te verbinden snijd je de takken van beide bomen schuin aan, duw de takken tegen elkaar. Zet ze vast met bindbuis of tuinraffia. Als je dit in de lente of vroege zomer doet, groeien de takken aan elkaar.

Leiboom snoeien

Om leibomen in vorm te houden, moet je ze regelmatig snoeien. Leibomen moeten vanuit de ‘slapende ogen’ uitlopen. Dit zijn diep in de takken verstopte knoppen. Dit kost veel moeite, normaal loopt een boom uit op de al aanwezige knoppen. Als je aan het eind van een legger een klein takje laat zitten, dan zorgt dit ervoor dat de boom eerder uitloopt.

Een leilinde snoei je in de winter. Zomers snoei je, als het nodig is, nogmaals de lange uitlopers weg. Na een drastische wintersnoei, lijkt het lang te duren voor dat de boom weer uitloopt.

Kijk bij leilinde snoeien voor voor informatie en een snoeivideo.