Ontdek het ambacht: lampen van de robot
Dat aan ambachtelijkheid niet alleen mensenhanden te pas hoeven komen, bewijzen Søren Blomaard en Anne-Lise Heydra van Atelier Robotiq. Met behulp van een afgeschreven lasrobot uit de auto-industrie maken ze hypnotiserend mooie hanglampen. Ook al blijven de lampen van de robot voornamelijk mensenwerk.
Makers Søren Blomaard (41) en Anne-Lise Heydra (35) van Atelier Robotiq
Werkplaats Voormalige garage van 250 m2 in Rotterdam
Techniek Vezelwikkelen, programmeren, robotica, epoxygieten, verven, hout- en metaalbewerking
Favoriete gereedschap Anne-Lise ‘Mijn verbeeldingskracht.’
Favoriete gereedschap Søren ‘Pen en papier. Ik zit de hele dag te schetsen.’
Centraal in Rotterdam
Atelier Robotiq is gevestigd in de schaduw van de ‘haaienbek’, de iconische stationshal van Rotterdam Centraal. Vijf minuten lopen en je staat voor de grote deuren van de studio. Søren Blomaard en Anne-Lise Heydra, partners in love and crime, delen de voormalige garage met andere creatieven. Hun eigen werkplek is met een glazen wand in tweeën gedeeld. ‘In een schone en een vieze ruimte,’ zegt Anne-Lise. ‘Dit voorste deel is ons atelier, waar we ontwerpen en met z’n allen lunchen. In de andere ruimte doen we het vieze werk: daar staat de robot waarmee we de lampen maken.’
Lijstjesmakers
Nadat Anne-Lise espresso’s en een karaf water op tafel heeft gezet, pakken ze alle twee tegelijk pen en papier, alsof er een dictee gaat beginnen. Maar voor het opschrijven is de interviewer zojuist aangeschoven, nietwaar. Ze schieten in de lach. Het blijkt tekenend voor hun doordachte, zorgvuldige aanpak. Søren en Anne-Lise zijn fanatieke lijstjesmakers en eraan gewend hun invallen meteen op te schrijven. Zo is Atelier Robotiq vijf jaar geleden ook ontstaan: als een idee op een moodboard aan de muur bij hen thuis.
‘Over het wikkelen doet de robot een halfuur, daarna mogen wij weer’
BEKIJK OOK
De site van Atelier Robotiq
Fraaie patronen
Anne-Lise heeft advertising gestudeerd aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam en werkte vervolgens een aantal jaar als artdirector bij een reclamebureau. Søren is een echte beta: hij studeerde af op vezelwikkeltechnologie aan de TU Delft. Na zijn studie richtte hij een bedrijf op dat met die technologie composietproducten maakt. ‘Je werkt dan vanuit gewicht- en sterkteperspectief, niet vanuit esthetisch oogpunt. Dat er fraaie patronen uit voortkomen is bijzaak: die gewikkelde structuren verdwijnen onder een coating. Anne-Lise en ik waren erdoor gefascineerd. Zo kwamen we op het idee er verlichting mee te gaan maken, de Fiber Pattern Lamps.’
Strakke choreografie
Achter in de werkplaats, in zijn eigen metalen veiligheidskooi, staat de baksteenrode robotarm van wel twee meter hoog. Zacht zoemend en volgens een strakke choreografie wikkelt hij vezels om een mal. Een hypnotiserende dans waar je uren naar kunt blijven kijken. Nou ja, een halfuur in feite, want zo lang is de robot bezig met een Fiber Pattern Lamp van zestig centimeter. Het totale maakproces van een lamp duurt minstens vier uur. Het is voornamelijk mensenwerk dus.
Eyecatcher
Anne-Lise: ‘Mensen reageren vaak verrast, omdat ze dachten dat de robot alles deed. Maar er zit veel ambacht in.’ Dat komt ook door de lastige ufo-vorm, het resultaat van eindeloos schetsen en experimenteren. ‘Uiteindelijk vonden we deze vorm het mooist,’ zegt Søren. ‘Het is een eyecatcher zonder de boel te blokkeren. De lamp voegt iets toe aan een ruimte en neemt tegelijkertijd niets weg.’
‘We doen aan slow design, we nemen rust en ruimte voor een ontwerp’
Elk detail telt
Elke stap in het maakproces is door de twee zelf ontwikkeld, inclusief het gereedschap. Goed voorbeeld daarvan is de ‘dipper’, een machientje waarmee ze de kunstvezel van de lampen van een flinterdun laagje epoxy voorzien. Anne-Lise: ‘Die zorgt ervoor dat de vezel zich hecht zonder dik te worden. Zonder epoxy zou de structuur in elkaar zakken. In het begin waren we human dippers: we smeerden de vezels met de hand in. Maar dat leverde geen mooi resultaat op.’
Tweede leven
Søren: ‘Ik houd van perfectie: de geometrische opbouw moet perfect zijn. Een patroon dat onregelmatig is, stoort.’ Anne-Lise: ‘Vooral omdat onze lampen zo minimalistisch zijn. Elk detail telt.’ Søren: ‘Hoewel foutjes soms interessant zijn: vaak komt daar weer iets nieuws uit voort.’ Hij wijs naar hanglamp Out of Order, waarvan het patroon allesbehalve geometrisch is. ‘Onze robot is een tweedehands exemplaar uit de auto-industrie. Wij zeggen altijd dat ie bij ons nu een leuker leven heeft. Vanuit die gedachte is Out of Order ontstaan, alsof de robot een eigen leven leidt en geen zin meer heeft om altijd hetzelfde te doen.’
Droogkamer
Nadat de mal is opgehangen, de spoel met de juiste vezel is uitgekozen en de dipper is afgesteld, is de robot aan zet. Geheim van de smid is de zelfgeschreven software waarmee hij de wikkelpatronen maakt. Omhaal na omhaal, baan na baan spint de robotarm de in epoxy gedrenkte vezels tot ufo-achtige cocons. ‘Soms bewerken we de structuur nog na als wij vinden dat de robot zijn werk niet goed heeft gedaan. Ja, zelfs die laat weleens steekjes vallen, haha. Doordat de vezels dan nog niet zijn uitgehard, kunnen we ze verleggen.’
Hittegolfbestendig
Het uitharden gebeurt in de droogkamer en luistert nauw: er heerst een constante temperatuur van veertig graden. ‘Dat bepaalt de stevigheid van de vorm,’ zegt Søren. ‘Als we hem zouden uitharden op dertig graden en de lamp komt in een hotel in Abu Dhabi te hangen, waar het makkelijk veertig graden wordt, zou hij zijn vorm verliezen.’ Ook de gepopnagelde metalen houders voor het led-licht worden stuk voor stuk met de hand gemaakt. Nadat de cocon een nachtje is uitgehard, de complexe mal verwijderd en de structuur schoongemaakt, wordt de lamp geassembleerd en verzendklaar gemaakt op de zelfgebouwde werkbank in het schone, stofvrije atelier.
Vederlicht
In het begin deden de twee alles zelf. Nu hebben ze een zevenkoppig team. Søren: ‘Eerst was het zeven dagen per week knallen, maar zo voelde het niet: je bouwt aan een droom. Maar het continu moeten presteren, hebben we losgelaten. Dat is namelijk niet waarom we ontwerpers zijn geworden. Wij willen dingen máken, mooi en goed, en dat kost tijd.’
Slow design
Anne-Lise: ‘We zijn nu bezig met een druppelvormige lamp waarin een kleinere bol zit. Die vorm hadden we een paar jaar geleden al bedacht, maar voelde toen nog niet af. Door het rust en ruimte te geven, het even weg te zetten, vallen de puzzelstukjes in elkaar. Nu begint het te kloppen. Het is een vorm van slow design. De tijd nemen past bij ons. Het hoeft niet snel, als het maar mooi is. Wij hebben geen haast.’
3x typisch Robotiq
- Anne-Lise: ‘Onze verschillende opleidingen leiden tot een fijne frictie, waardoor je tot bijzondere dingen komt.’ Søren: ‘Zonder te stigmatiseren denk ik dat de gevoeligheid in onze ontwerpen meer bij Anne-Lise vandaan komt. Ik vind processen en materialen fascinerend en houd van minimalisme. Zij vindt dingen vaak te hard en zoekt dan naar een zachtere vormentaal.’
- Een belangrijke eigenschap die in eerste instantie totaal niet opvalt maar wel een enorme impact heeft, is het gewicht van de lampen: ze zijn zo licht als een veertje. ‘Vijfenzestig gram. De metalen houder voor de led-lamp is vaak zwaarder dan de structuur zelf. Dat maakt het mogelijk de lampen aan vrijwel elk plafond te hangen. Vooral in monumentenpanden is dat fijn, zo kun je daar toch grote objecten ophangen.’
- Voor de veiligheid staat de robot in een metalen kooi. Om dezelfde reden staat de snelheid van de robotarm afgesteld op twintig procent. ‘Hij zou sneller kunnen werken, maar dan is de kans ook groter dat de vezels verschuiven en we dat met de hand weer moeten bijwerken.’ Zo bepaalt de robot het tempo: hij kan vijf lampen per dag wikkelen.
Elke maand kijken we binnen in de studio van een creatieveling. Bekijk ze hier allemaal.
Bron: vtwonen 01-2021 | Fotografie Ernie Enkelaar | Tekst Bartjan Bouman