Je vraagt je af wat er nog te vinden is aan voer in een steenkoude, dorre tuin. Genoeg, tenminste, wanneer je niet echt opgeruimd hebt. Ik zie merels als bezetenen pikken in een hoopje blad; daar zitten allerlei beestjes en dingetjes tussen en onder waar ze iets mee kunnen.
Spontaan insectenhotel
De grond onder de wilde roos ligt bezaaid met de resten van de rozenbottels. De meeste bottels zijn al stukgepikt en opgevreten door geveerde vriendjes. De meeste zonnebloemen staan nog rechtop, wat er van over is. Als stramme wachters waken ze over het achterland. Verschrikkelijk mooi met een rijplaagje of een sneeuwmuts. Een enkeling is geknakt. In die stelen overwinteren allerlei wezens. Voor een insectenhotel hoef je niet per se aan de knutsel.
Zaden pikken
De zonnebloemzaden zijn verorberd, ook door vogels. Hetzelfde geldt voor de kaardenbol, maar er is nog genoeg te vinden aan aren, zaden en andere plantenresten waar nog iets lekkers uit geprutst kan worden. De bodem wordt druk bezocht en gepikt.
Eerste hulp
Ik hang ook vetbollen op, pindaslingers en strooi los voer in het vogelhuis. Je moet vers water (nog niet bevroren) afdekken met een stukje kippengaas, zodat vogels wel kunnen drinken, maar niet bevriezen na het badderen. Tot dat verse water kom ik niet, zeg ik eerlijk. Lessen stukjes ijs de dorst niet? Als het niet vriest is er genoeg water in mijn tuin te vinden…
Op de site van de Vogelbescherming vind je nog veel meer tips én producten om vogels de winter door te helpen.
