Knikkend nagelkruid

De bloemen van het knikkend nagelkruid, Geum rivale, zitten met 2 à 3 bij elkaar. De roodbruine kelk heeft tijdens de bloei teruggeslagen slippen, de kroon is lichtgeel.

Is Knikkend nagelkruid een vaste plant?

Deze plant komt uit Europa (ook in Nederland en België), Siberië en Noord-Amerika. De wilde soort is vooral geschikt voor de heemtuin, waar hij gecombineerd kan worden met soorten als Myosotis (vergeet-mij-nietje) die ook van een vochtige grond houdt. Het is een klierachtig behaarde vaste plant die 30 tot 50 centimeter hoog wordt. De knikkende bloemen zitten met 2 à 3 bij elkaar. De roodbruine kelk heeft tijdens de bloei teruggeslagen slippen, de kroon is lichtgeel.

Welke soorten Geum rivale zijn er in Nederland?

In ons land komt een tweetal Geum-soorten in het wild voor, namelijk Geum urbanum (gewoon nagelkruid) met heel kleine, gele bloemen en Geum rivale, het knikkend nagelkruid. Van de laatste is een beperkt aantal cultivars bekend dat in tuinen van echte vaste-plantenliefhebbers voorkomt. Geum vormt rozetten en de geveerde bladeren hebben afwisselende paren van grotere en kleinere blaadjes en zijn nogal behaard. De bloemen, die vooral in de voorzomer verschijnen, bezitten vijf kroonbladeren; de meeldraden zijn bij de enkelbloemige vormen opvallend aanwezig. De bloemen zijn vaak geel, rood of oranje van kleur en staan alleen, maar ook wel in losse pluimen.

Geum rivale onderhoud

Een zonnige standplaats is de belangrijkste voorwaarde voor een goede groei en bloei. De grond moet voedzaam zijn en voldoende vocht kunnen vasthouden. Planten om de drie jaar opnemen, scheuren en de jongste delen weer opnemen, zorgt voor een blijvende rijke bloei. Knikkend nagelkruid heeft een sterke voorkeur voor wat vochtige grond en een zonnige standplaats, maar wat schaduw is geen bezwaar. Kan zich massaal uitzaaien: wieden!

Op de hoogte blijven van het laatste tuinnieuws kan! Hou hiervoor onze tuinblog in de gaten.

Kenmerken: