Grootbladige linde (Naarden)

De grootbladige linde Tilia platyphyllos 'Naarden' is ongevoelig voor bladluis en druipt dus niet. De bast van deze linde is erg ruw. Het blad blijft wat langer aan dat bij andere linden.

Hoe wordt de Linde tegenwoordig gebruikt?

Het bijzondere van de linde is dat zij beschikt over een bijna onbeperkt vermogen tot groei en regeneratie van stam en takken. Daardoor kan de linde meer dan duizend jaar oud worden. Deze eigenschap speelde een rol in diverse geloven bijvoorbeeld ter verering van Freija of Maria. Ook ter ere van een geboorte wordt volgens een oud gebruik een linde geplant om voor eeuwen dit moment met zich mee te dragen. De linde is een typisch Nederlandse boom die al meer dan 5000 jaar voorkomt in ons land. Echter, de laatste eeuwen tref je de linde in de natuur zelden aan. Wel zie je de linde in Europa overal terug in aangelegde parken of lanen (Berlijn – Unter den Linden). Ook wordt de linde veel toegepast als leiboom. Dit biedt een natuurlijke bescherming op hoogte tegen de zon en inkijk.

Trekt de Tilia platyphyllos 'Naarden' bijen aan?

Linden zijn op hun mooist in de zomer wanneer het frisgroene loof wordt begeleid van vele heerlijk geurende bloemen. Deze lindebloesem wordt veel bezocht door bijen, die hiervan bijzondere honing maken. De bloesem kan ook gebruikt worden als geneeskrachtige thee. Daarnaast biedt de linde mooi zacht hout, dat gebruikt wordt voor uiteenlopende gebruiksvoorwerpen en gebrand lindehout wordt gebruikt als houtskool. De grootbladige linde wordt ook wel zomerlinde genoemd.

Wanner en hoe kun je de linde snoeien?

Snoei van linden is goed mogelijk vanwege het vermogen tot regeneratie. De stam dient vrij gehouden te worden van te lage zijtakken.Dit kunt u in juni doen volgens de beschrijving van een dikke tak verwijderen in Snoeien in detail. Overige snoeiwerkzaamheden kunnen plaatsvinden vanaf oktober. De leilinde dient jaarlijks gesnoeid te worden. Hiervoor is gedurende de eerste paar jaren een speciaal frame nodig. Dat kan gemaakt zijn van palen met draden of van hout. Om de halve meter is een dwarsligger aangebracht. Aan het einde van het groeiseizoen dienen de twijgen zo goed mogelijk verbonden te worden met het frame. Vervolgens verwijdert u alle uitstaande takken en de verlengenis van de hoofdtakken. Het frame kan na een aantal jaren verwijderd worden als de takken voldoende verhout zijn.

Kenmerken: